Voor 24 taartjes
Voor het deeg:
185 gram bloem
3 eetlepels poedersuiker
125 gram koude boter, in stukjes
geraspte schil van 2 citroenen
1 eidooier
Vulling:
175 gram basterdsuiker
3 eetlepels citroensap
300 gram gedroogde kokos
3 eieren, licht geklopt
60 gram gesmolten boter
1 theelepel bakpoeder
3 eetlepels frambozenjam
Zeef de bloem en poedersuiker boven een kom. Boter erdoor wrijven tot het mengsel fijn en kruimelig is. Citroenschil erdoor roeren.
Eidooier en 3 eetlepels koud water met een mes door het mengsel snijden tot er een grof deeg ontstaat. Indien nodig, nog 1 eetlepel water toevoegen. Kneed het deeg op een met bloem bestoven oppervlak tot een bal. In plastic folie wikkelen en 20 minuten in de koelkast leggen.
Deeg uitrollen tot het 3 mm dik is. Snijd 24 cirkels van 7 cm doorsnee uit en bekleed hiermee ingevette, ondiepe pasteivormpjes. Even in prikken met een vork. Afdekken met plastic folie en 20 minuten in de koelkast zetten. Oven voorverwarmen op 180 graden Celsius.
Suiker en sap samen met 1,25 dl water verwarmen tot de suiker volledig is opgelost. De pan van het vuurnemen en kokos, eieren, boter, melk en bakpoeder toevoegen. Alles goed mengen.
Schep kleine beetjes jam in het taartvormpje, schep de vulling erop en bak de taartjes in 25 minuten goudbruin en stevig.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten